Voorrang geven en voorrang krijgen. Het levert nogal eens wat onduidelijkheid op, vooral in het geval van verharde en onverharde wegen.

Natuurlijk is het ene kruispunt duidelijker dan het andere, maar soms weten bestuurders het gewoon echt niet. Meestal loopt dat gelukkig goed af, maar het zou wel fijn zijn als je hier volledig van op de hoogte bent toch?

Het is tijd voor een klassieker wat betreft voorrang. Het is een beruchte vraag tijdens je theorie-examen en bij velen gaat deze nog steeds gruwelijk fout.

Een goede reden voor het CBR om deze vraag met 100% zekerheid in het theorie-examen te prakken. Want hoe zit het nou met voorrang op onverharde en verharde wegen?

Wat is een onverharde weg?

Voordat we hier samen even naar gaan kijken, is het zinvol om eerst te bekijken wat een onverharde weg is.

Als extra geheugensteuntje kun je het volgende gebruiken; als het wegdek uit hetzelfde materiaal bestaat als het landschap eromheen, dan spreken we van een onverharde weg.

Voorbeelden voor een onverharde weg zijn:

  • Zand
  • Grind
  • Klei
  • Modder

Wat is een verharde weg?

Nu je weet wat er onder onverharde wegen valt, gaan we eens kijken naar verharde wegen.

Verharde wegen kun je herkennen aan:

  • Asfalt
  • Beton
  • Klinkers
  • Kasseien
  • Baksteen
  • Natuursteen

Dit type wegen kom je natuurlijk verreweg het meeste tegen.

Wanneer moet je op onverharde weg voorrang verlenen?

Maar nu de belangrijkste vraag. Hoe is het nou geregeld met de voorrang? Daar kan ik een heel interessant verhaal van maken, maar laat ik het simpel houden.

Het is namelijk ook heel simpel.

Hieronder zie je eerst een afbeelding met een situatie die zomaar op elke willekeurige plek in Nederland kan voorkomen:

onverharde weg voorrang

Normaal gesproken zou, als de onverharde weg een verharde weg zou zijn, auto 2 voorrang moeten hebben. In dat geval zou je een gelijkwaardig kruispunt zien.

Maar omdat auto 2 op een onverharde weg rijdt, treedt er een andere verkeersregel in werking:

Artikel 15 lid 2a RVV 1990: Bestuurders op een onverharde weg verlenen voorrang aan bestuurders op een verharde weg.

onverharde weg voorrang fietser

Een fietser is ook een bestuurder, dus dient de auto ook de fietser voorrang te verlenen zoals je hierboven ziet.

Wanneer hoef je vanaf de onverharde weg geen voorrang te verlenen?

Uiteraard zijn er ook uitzonderingen van toepassing in het geval van een kruispunt met onverharde en verharde wegen.

Dit betekent dus dat je in de volgende gevallen, als je op de onverharde weg rijdt, gewoon voor mag gaan:

onverharde weg korte bocht

De bestuurder met de korte bocht gaat voor de bestuurder met de lange bocht.

Daarnaast gaat in dit geval ook niet om een bestuurder op de kruisende weg, dus hoeft auto 2, auto 1 niet voor te laten gaan.

onverharde weg voetganger

Een voetganger is geen bestuurder, maar een weggebruiker. De auto hoeft de voetganger dus niet voor te laten gaan.

onverharde weg in- uitrit

Bovenstaande situatie levert altijd vragen op, maar het antwoord is vrij simpel.

Normaal gesproken moet de bestuurder op de onverharde weg, bestuurders op de verharde weg voorrang geven.

Alleen in dit geval verlaat auto 1 een in- uitrit constructie. En het inrijden of verlaten van een in- uitrit wordt gezien als een bijzondere manoeuvre. En bij een bijzondere manoeuvre moet je al het overige verkeer voor laten gaan.

In dit geval mag auto 2 dus eerst en daarna pas auto 1.

Ik hoop dat het zo helemaal duidelijk en helder voor je is geworden.

Heb je nog vragen? Laat het hieronder weten in de reacties 🙂

Bonustip:

Ben je op zoek naar een website waar je de beste theorie oefenexamens kunt doen?

Gemiddeld aantal sterren
Geef hier jouw aantal sterren voor dit bericht
[Totaal: 0 Gemiddeld: 0]

Geplaatst in: